Nieuwsbrief mei 2014

In de loop van mei had ik twee uitstapjes gepland. Het eerste daarvan moest richting Zweden gaan. Met dank aan een grote file op de E19 strandde ik op de luchthaven van Charleroi. Volgende keer beter dan maar.
Die volgende keer kwam er met het lange Hemelvaartweekend dat ik nog wat oprekte met een dagje verlof. Rekenend op een dag heenreizen en een dag terugreizen gaf dat me drie dagen om ergens rond te lopen. Uiteindelijk viel mijn keuze op Montenegro. Hoewel ik daar graag kom was het al een hele tijd geleden dat ik nog eens op de Balkan was. En Montenegro was nog terra incognita voor mij. De vlieggoden stonden in mei totaal niet aan mijn kant want een defect vliegtuig in Belgrado liet me nog eens een halve dag verliezen. In Montenegro zelf koos ik voor het gebied rond Plav. De busreis daarheen is op zichzelf al behoorlijk de moeite. De hele tijd gaat het door bergachtig gebied en een erg spectaculaire kloof. Om ons gerust te stellen over de veiligheid van het Montenegrijnse wegennet passeerden we onderweg het nog rokende wrak van een totaal uitgebrande vrachtwagen. Aan de andere kant van de straat stond een al even uitgebrande auto. In de dorpjes zie je culturele diversiteit die de Balkan zo speciaal maakt. De minaretten van een moskee worden er afgewisseld met Orthodoxe kloosters. Ook in Plav zelf staan de moskee en de kerk beiden vlakbij elkaar pal in het centrum. Een klein beetje buiten het dorp ligt dan het kerkhof met aan de ene kant van de straat het islamitisch kerkhof en aan de andere kant het veel kleinere christelijk kerkhof. Anderzijds is het natuurlijk deze mengelmoes die een twintigtal jaar geleden de Balkan in vuur en vlam zette.

Mijn plan was om de tweehonderd kilometer lange wandelroute “Peaks of the Balkans” te volgen. Op twee en een halve dag zou dat natuurlijk niet helemaal lukken maar afhankelijk van hoe snel ik vooruit geraakte zou ik wel een stukje afsnijden. Bij het verlaten van Plav krijg je direct een hele klim te verwerken met een paar mooie uitzichten op het meer van Plav. De route zou moeten gemarkeerd zijn met rode cirkels, maar in de praktijk viel daar niets van te merken. Het navigeren was bijzonder lastig met kruisingen in het bos die niet op mijn kaart staan. In plaats van de rode cirkels bleek een deel met blauwe pijlen gemarkeerd. Of dat was toch iets dat min of meer de goede richting uit ging. Tegen dat ik boven de boomgrens kwam verdwenen die pijlen ook en viel er zelfs geen pad meer te bekennen. Met wat op handen en voeten omhoog klauteren kwam ik toch op de graat uit die ik wilde hebben.

Eens boven op de de graat kreeg ik direct een goede test om te weten hoeveel sneeuw er nog lag. Grote stukken waren nog met sneeuw bedekt, maar gelukkig was het nooit echt diep. Ik zakte hooguit tot aan de knie weg. Ik volgde een hele tijd de graat wat een paar bijzonder spectaculaire uitzichten opleverde. Naar Montenegro komen was in elk geval een goede beslissing geweest. Een paar kilometer verder daalde ik dan richting Vusanje. In de sneeuw lukte het me niet om op het pad te blijven, dus was het maar recht omlaag op een bijna vertikale wand. Tegen dat ik de boomgrens naderde was het pad terug gemakkelijk te volgen tot in het dorp. Vanuit Vusanje trok ik verder oostwaarts. Dat is een heel zacht stijgende helling. Eerst gaat het over een breed pad, maar hogerop wordt het een slingerde singeltrack. Volgens mijn kaart passeert het een meer dat in realiteit verrassend genoeg volledig droog bleek te staan. Ik vermoed dat de rivier dat een stuk ondergronds stroomt. Op een miezerig paaltje na liet niets vermoeden dat ik aan het uiteinde van het meer Albanië binnen liep. Eens in Albanië wacht een steile klim door het bos gevolgd door een vlakke lieflijk groene alpenweide. Het begon al behoorlijk laat te worden. Ik vond er een goed slaapplaatsje om mijn bivakzak uit te rollen. De nacht bracht behoorlijk wat regen wat in een bivakzak toch niet zo heel aangenaam is.

De volgende ochtend liep ik dieper Albanië in.De lieflijke alpenweiden maakten plaats voor een chaos van rotsen en sneeuw omzoomd met spectaculaire rotswanden. Het landschap deed me echt aan de Dolomieten denken. De rotswanden waren in elk geval even indrukwekkend als daar. Eens over een colletje stond ik dan plots in een mooie groene smalle vallei. Ik vind het nog steeds bijzonder spectaculair hoe twee kanten van een col zo sterk van elkaar kunnen verschillen. Erg lang duurde die vallei niet want na een paar honderd meter stond ik dan plots bovenaan een gigantische rotswand waarlangs het pad duizelingwekkend omlaag slingerde. Opnieuw een erg spectaculaire en plotse verandering van landschap.
De daarop volgende vallei richting Theth was beter beloopbaar, maar eens in het dorp begon mijn pad terug sterk te klimmen. Er volgde een mooie col met een schitterend uitzicht op de vallei van de Valbona. De afdaling in de vallei was terug behoorlijk spectaculair met een paar passages over steile sneeuwvelden en een pad dat regelmatig halsbrekend recht omlaag gaat. De vallei van de Valbona zelf is wat minder interessant. Blijkbaar is dat een Albanese toeristische trekpleister, wat resulteert in een eindeloze reeks hotels (die me er bijna allemaal even armoedig en leeg uit zagen) en zowaar een asfaltweg in de vallei. Het was zelfs een redelijk drukke weg. Er passeerde toch een auto of drie per uur schat ik.
Ik liet die drukte zo snel mogelijk achter mij en koos de zijvallei richting Çerem. Eerst volgde ik daar een vrij recent aangelegd pad. Het zou toch iets beter mogen onderhouden worden en op een bepaald punt was het zelfs helemaal weggespoeld zodat ik mijn klauterkunsten nog eens mocht bovenhalen. Verder in de vallei is alles een pak beter te volgen en ligt er zelfs een onverharde bosweg die je helemaal tot in de col brengt. Die col was ook de plaats waar ik Montenegro terug even zou binnen trekken. Maar omdat het al laat begon te worden leek het me beter daarmee te wachten tot de volgende ochtend. Pal op de grens sliep ik in mijn bivakzak die de hele nacht nog maar eens goed natgeregend werd.

De volgende ochtend werd ik wakker in de mist. De combinatie van die mist met een pad dat regelmatig onder een pak sneeuw bedekt lag zorgde ervoor dat ik daar toch behoorlijk heb moeten zoeken. Na een goed uur in Montenegro veranderde ik nog eens van land en liep terug Albanië binnen. De komende uren liep ik verder richting Dobërdol. Gelukkig was de ochtendmist intussen verdwenen. Het was nog maar eens een prachtige vallei. Helemaal verlaten, vol mooie groen alpenweiden en omgeven door nog steeds besneeuwde bergtoppen.
Aan het einde van de vallei ging ik dan recht omhoog naar de 2366 meter hoge top van de Tromeđa. Deze vormt het drielandenpunt tussen Albanië, Montenegro en Kosovo. Langs elk van de drie grenzen loopt een mooie graat die je zonder problemen kan volgen. Ik koos voor een uitstapje over de Albanees-Kosovaarse grens. Terwijl ik daar over liep zag ik de wolken vanuit Kosovo binnendrijven. Ik probeerde ze voor te zijn en liep via een zijgraat Kosovo in en naar de top van de 2504 meter hoge Maja e Ropës. Van daar heb je een mooi uitzicht in Kosovo. Denk ik. Toen ik er stond kwamen van alle kanten de wolken langs de hellingen omhoog en kon ik niet verder kijken dan een meter of tien. Veel heb ik dus niet gezien.
Een beetje vrij rondlopend op zoek naar plaatsen met nog goed weer maakte ik een kleine lus door Kosovo, stak te grens met Montenegro nog eens over en volgde de vallei richting Ritskomeer. Van daar volgde een lange afdaling richting Plav. Naar goede Montenegrijnse gewoonte was het bijzonder moeilijk om op het goede pad te blijven en op een paar plaatsen ben ik behoorlijk zeker van dat dit goede pad niet eens bestaat. Bij het vallen van de nacht rolde ik nog maar eens mijn bivakzak uit in het bos. Naar nog steeds goede gewoonte werd ik ‘s nachts wat natgeregend, maar toch een heel pak minder dan de voorgaande dagen.

Daarna was het al tijd om met bus en vliegtuig terug te keren. Ik heb terug een fantastisch mooi voor ons onbekend massief ontdekt. Op een paar korte stukjes na viel er geen levende ziel te bekennen. De liefhebbers die graag wat foto’s bekijken kunnen dat op http://picasaweb.google.com/ptityeti/Balkan2014 doen. Het enige nadeel is dat na afloop voor het eerst sinds lang mijn achillespees terug lastig deed. Hopelijk blijft dat niet al te lang duren.

Om af te sluiten wil ik voor de mensen die dit willen nadoen nog meegeven dat grenzen daar een meer serieuze zaak zijn dan bij ons. Als je dat op voorhand eens lief vraagt kan je van de grenspolitie toestemming krijgen om in de bergen buiten de officiële grensovergangen de grens over te steken. Dat denk ik toch, want ik versta geen woord van wat er op het papier dat ze me gegevens hebben staat. Ik werd onderweg niet gecontroleerd, maar zou toch aanraden ervoor te zorgen dat je papierwerk in orde is. Het is niet het soort landen waar ik graag als illegaal betrapt zou worden.

Abonneren op de nieuwsbrieven kan via http://www.ptityeti.be/nieuwsbrief

This entry was posted in Nieuwsbrief. Bookmark the permalink.

One Response to Nieuwsbrief mei 2014

  1. ingmar says:

    ook nog ergens tijd gevonden om reclame te maken?
    vind op het net enkel een spaanse print, maar op de bushokjes hier en daar zie je de BE-versie…
    http://www.adlatina.com/sites/default/files/styles/grid6_570x380/public/notas/2013/10/ven-norules570-13.jpg

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

*

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>