Nieuwsbrief december 2016

Naar jaarlijkse gewoonte ging ik in december eens weg tussen Kerstmis en Nieuwjaar. Op het werk sluiten we dan en een hele week thuis blijven is voor mij uitgesloten. Ik kies dan gewoonlijk voor iets met wat bergen richting zuiden om niet helemaal vast te lopen in de sneeuw. Dit jaar viel mijn keuze zo op Libanon. Dat is een land waar ik nog niet eerder was en wat variatie in mijn bestemmingen vind ik altijd leuk. Ze hebben er ook de Lebanon Mountain Tail, een wandelroute die het hele land van noord naar zuid doorkruist. Daarmee had ik al direct een vaag plan. Het is alleen wat te lang om op een week volledig af te werken dus moesten er knopen doorgehakt worden. Ik liet me daarbij leiden door een mix van factoren: liefst een mooi stuk, niet in de buurt van de Syrische grens om evidente reden, ook niet in het instabiele zuiden en als het even kan nog bereikbaar met de bus ook.

Zo komt het dat ik na wat rondzwerven door Beirut op zoek naar het busstation waar de bussen naar het noorden vertrekken, op de bus richting Ehden stapte. Rondrijdend in Libanon zie je heel goed dat de steden langs de kust geconcentreerd liggen. De bus rijdt er langs een soort van snelweg waar je niet bijster veel ziet. Eens je dan weg gaat van de kust rijzen direct wat bergen op. Altijd leuk om met van die aftandse busjes doorheen de bergen de vliegen. Ehden ligt op ongeveer 1500 meter hoogte. In het dorp lagen hier en daar wat hard bevroren sneeuwplekken. Ik had daarmee direct door dat ik het waarschijnlijk niet direct te warm zou hebben.

Ik volgde de Lebanon Mountain Trail in zuidelijke richting. Vanuit Ehden wil dat zeggen dat je direct de Quadishakloof induikt. In het toeristisch seizoen is dat duidelijk een erg populair gebied om te wandelen. Niet echt verwonderlijk want het is echt wel een mooie kloof met een paar leuke paden die over de wand heen slingeren. In de winter is er echter geen kat. Ik kruiste een paar jagers en dat was het voor andere mensen. Ook de Maronitische kloosters die verspreid in de kloof tegen de wand plakken zagen er mij in het passeren behoorlijk verlaten uit.

Aan het einde van de kloof kom je in Bsharre. Een beetje boven het stadje vond ik een mooi kampeerplaatsje met schitterend uitzicht over de stad. De volgende ochtend kwam ik al snel in de sneeuw terecht. En die bleek toch een stuk dieper te zijn dan ik verwacht had. Mijn vooruitgang werd plots een heel pak trager. De grote toeristisch attractie van Bsharre is een bos met stokoude ceders. Volgens de overlevering zijn ze er door god himself geplant vandaar de naam de Cedars of God. God gaf in elk geval niet thuis want als er veel sneeuw ligt is het hekken blijkbaar dicht.

Daarna gaat de route een hele tijd over de zuidkant van de vallei naar hoogtes tegen de tweeduizend meter. Voor mij betekende het een drietal dagen door de sneeuw ploeteren. Als ik geluk had was dat maar een vijftiental centimeter diep. Maar dikwijls was het ergens tussen kniediep en heupdiep wegzakken en zwemmen. Mijn tempo was dan ook bijzonder langzaam. Een dag van een vijftiental kilometer was al een hele onderneming. De stralend blauwe lucht die ik die dagen voortdurend had zorgde ervoor dat ik behoorlijk zwaar verbrand geraakte. ‘s Nachts kwam ik nog maar eens tot de conclusie dat kamperen in de sneeuw een behoorlijk koude bedoening is.

Uiteindelijk bereikte ik zo Tannourine El Faouqa. Van daaruit probeerde ik terug naar de kust te geraken. In eerste instantie koos ik voor wat binnenwegen en toen ik er zo geen meer probeerde ik een bus te vinden. Die passeerde daar blijkbaar niet dus begon ik maar langs de weg te lopen. Nu ik uit de bergen was, keerde het weer volledig om. Regelmatig kreeg ik een ferme regenbui over me heen. Een Libanese die mij duidelijk niet goed kent stopte spontaan en bood me een lift aan. Langs de grote wegen lopen is niet zo leuk dus aanvaardde ik maar. Ze moest niet helemaal naar de kust, maar maakte snel een telefoontje naar een vriend die wel verder ging. Protesteren dat het allemaal niet nodig is hielp echt niet. Wat verder stond die vriend inderdaad op ons te wachten en stapte ik over. Het was blijkbaar een halve Fransman die regelmatig in Belgiƫ is voor zijn werk. Daarmee vond hij het wel leuk om een Belg die wat in zijn land rondzwierf te helpen. Onderweg trakteerde hij nog op een choc
omelk, toonde me wat uitzichten, gaf uitleg… Vriendelijk zijn die Libanezen in elk geval wel. Hij dropte me in Jounieh waar ik en de gietende regen nog wat rond liep alvorens de bus naar Beirut te nemen.

Daarmee zat mijn toch in Libanon er op. Het is een prachtig land, maar in de winter ligt er duidelijk een pak meer sneeuw dan je zou verwachten. Hoewel de politieke situatie in de regio natuurlijk extreem instabiel is, heb ik daar niet echt last van gehad. Ik heb me in elk geval op geen enkel moment onveilig gevoeld en iedereen liet me gewoon met rust. Tenzij ze wilden helpen. Dan bleek weigeren niet altijd zo eenvoudig.

This entry was posted in Nieuwsbrief. Bookmark the permalink.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

*

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>